Nico-Jan van Dijk gedichten
Stemmen
op een winteravond
in een donkere straat
stemmen
die plotseling dichterbij komen
en de nacht openbreken
berichten uit een wereld
waar het nog licht is
en waar het nog lang licht zal blijven
waar gelachen wordt
en waar schaamte geen belemmering is
voor de volgende dag
een onbekende kracht
dwong mij daar iedere avond
naar te luisteren
naar flarden van gesprekken
zonder voorgeschiedenis
zonder aankondiging
berichten uit een ander land
uit een ander werelddeel
waar het nu licht wordt
en waar de geluiden van de morgen
het nu langzaam overnemen
als schepen
die wachten voor de kust
die als het licht wordt
langzaam opdoemen uit de mist
ongemerkt was ik
de man geworden
die altijd buiten was
en die de mensen zag
In het licht van hun ramen
ik zag hun bewegingen
ik zag hun gebaren
ik zag hun toneelspel
zonder ophouden
voor een onzichtbaar publiek
Als vanzelf werd ik aangetrokken
door het laatste licht
dat op dit uur
de nacht nog wat verlicht
en dat nog getuigt
van een menselijke aanwezigheid
zwijgend ging ik
met de stroom van mensen mee
geluidloos door de straten
op weg naar het kermisterrein
de laatste vrijplaats
om alleen te zijn met je gedachten
een soort van onderkomen
een soort van rechtvaardiging
om zomaar doelloos rond te lopen
een stap naar de volgende dag
waarnemer
of buitenstaander
toeschouwer
van een verlicht theater
of misschien wel een heimelijk medestander
van al die kleine gelukzoekers
die hier als vanzelfsprekend rondlopen
worden ze aangetrokken
door die ene kleine kans
op het grote geluk
en denken ze
diep in hun hart
dat zij die ene uitzondering zullen zijn
op wie het lot valt
gelukzoekers zijn het
al zeggen ze zelf
dat ze geen illusies kennen
en dat ze hun vertrouwen ontlenen
aan hun ongeloof
aan hun wantrouwen
tegen alle grote gedachten
maar misschien is dit wel hun grote geheim
dat ze zich moeiteloos aanpassen
aan ongerijmdheden
als de zwaartekracht
en het domme lot
En als het hun eigen onvermogen is
dan zullen ze zelf
nog het meest lachen
om hun eigen onvermogen
want dit is het echte leven
dat hier zijn rechten opeist
hier op de grens
van de luide muziek
en de koude vriesnacht
daar lossen hogere gedachten
als vanzelf op
dat zegt hun lach
luid in de winternacht
maar op de achtergrond
aan de randen van het licht
daar staan altijd mannen
die alleen maar toekijken
mannen
die nooit de zwaartekracht zullen tarten
en die nooit hun geluk zullen beproeven
mannen
die alleen maar afwachten
en later weer doorlopen
een vast patroon
dat zich iedere avond herhaalt
en dat een vaste plaats heeft gekregen
hier op het kermisterrein
zonder dat het iemand nog opvalt
kennelijk zijn er altijd mensen
in ons bewustzijn aanwezig
die naamloos op de achtergrond
alleen maar afwachten
en die door het scherpe licht
aan het zicht zijn onttrokken
niemand kan ze zien
niemand kan ze horen
de harde muziek overstemt ze
ze zijn alleen maar zichtbaar
voor wie opkijkt
voor wie ze wil zien
zwijgend
als de sterrenhemel
op een koude winternacht
Is dit dezelfde band
die ook bestaat
tussen de spelers op het toneel
en de mensen in de zaal
zonder elkaar
zouden ze niet kunnen bestaan
en zonder elkaar
zou er ook geen rechtvaardiging zijn
voor hun aanwezigheid
op een avond als deze
of weten we diep in ons hart
dat er een tijd zal komen
dat we zelf tot de menigte behoren
die zwijgend toekijkt
en dat die afstand nooit zo groot is
als die op het eerste gezicht misschien wel lijkt
en weten we ook
dat zo mensen uit ons leven verdwijnen
ongemerkt
een voor een
zonder groet
zonder afscheid te nemen
zoals de duisternis
ook geen scherpe lijnen kent
en de grenzen toedekt
en langzaam wordt het stiller
dan zal het niet meer lang duren
dan zullen de lichten doven
dan zal de muziek verstommen
spelers en toeschouwers
gaan dan steeds meer op elkaar lijken
winnaars en verliezers
zijn dan niet meer van elkaar te onderscheiden
in het laatste koude licht
zijn het dezelfde donkere gestalten
die verdwijnen in de nacht.
(Kermis). (2016).
Nieuwe reacties
06.05 | 12:16
Wat een prachtig gedicht dat tot de verbeelding spreekt! Dank je wel voo...
23.04 | 07:04
Bedankt voor het sturen. Mooi gedicht..