Nico-Jan van Dijk gedichten
In solitude, for company
W.H. Auden Lauds
like impulses deflected by saints
they end here, short of history
Les Murray
In gezichten
op een oude foto
zie ik altijd een verhaal
een verhaal
dat vertelt over mensen
die zijn opgenomen in een verband
dat om welke reden dan ook
altijd een bepaalde bezieling kent
in stilte vieren zij een samenzijn
waaruit de koorts verdwenen lijkt
in stilte zijn ze voorgoed alleen gelaten
met wie hen omringen
toch denk ik
dat hun blik ons wil ontwijken
toch denk ik dat hun blik
altijd in zichzelf gekeerd blijft
wat nooit meer dan
een ondeelbaar moment in de tijd
zou moeten zijn
eenmalig en voorgoed voorbij
zal voortaan de zware last
van de herinnering moeten dragen
dat is het wezen
van hun samenzijn
in alle eenvoud
in alle nabijheid
we denken meestal
dat de familie of het gezin
de plaats is
waar iedereen elkaar kent
waar niets verborgen blijft
maar familieleden
zien elkaar niet
zoals ze werkelijk zijn
familieleden
zijn als hemellichamen
die tot hetzelfde zonnestelsel behoren
ze vervolgen hun baan
door de ruimte
op hun eigen wijze
op hun eigen manier
hun weg
is verweven met de baan
van de andere hemellichamen
en als de verhoudingen
eenmaal zijn vastgesteld
dan zal daar later
ook geen verandering meer in komen
in zekere zin
zijn ze onaanraakbaar is geworden
ook wanneer ze een ander tijdperk
zijn binnen gegaan
ook wanneer ze een ander leven
hebben gekregen
zonder de oude zekerheden
iedereen weet alleen
dat het altijd zo geweest
en iedereen denkt
dat het ook altijd zo zal blijven
ze blijven bij elkaar horen
hoe groot de afstand ook is
hoe ver de tijd ook is voortgeschreden
ze kunnen daarom
ook geen afscheid van elkaar nemen
er was immers geen begin
dan is er ook geen einde.
(Gezichten op een oude foto). (2019).
De mensen
die we hebben gekend
waar zijn ze gebleven
zijn we ze verloren
op de lange weg
die ons tot hier toe heeft gebracht
zijn ze achter gebleven
in een zonovergoten landschap
toen de tijd
even leek stil te staan
en alles nog vredig leek
of is de afstand ongemerkt
groter geworden
zo groot dat
ze kleine gestalten zijn geworden
die met het blote oog
niet meer zijn waar te nemen
leken ze in zichzelf gekeerd
de blik afgewend
de pijn bezwerend
als nomaden
die verder moeten trekken
als het land ze niet meer kan dragen
als trouwe soldaten
die het bevel opvolgen
dat ze eenmaal is gegeven
de plicht
om de hele weg af te leggen
om steeds maar verder te gaan
toch blijven ze
ons nog steeds omringen
en nog steeds kijken ze ons aan
met hun goedkeuring
met hun verwijt
veel van wat we weten
is opgenomen
in een groter bewustzijn
veel van wat we weten
is verborgen in een dieper leven
dat meestal onzichtbaar blijft
en alleen doorgaat
in het donker
onder water
en weer boven komt
als wij het niet verwachten
als we niet zijn voorbereid
zijn het de gezichten
die verschijnen in het water
als het water helder is
als het oppervlak een spiegel lijkt
bijna doorzichtig
want zo licht is het water soms
trouw
zonder te weten
aan wie ze trouw moeten zijn
en moedig
zonder dat ze weten
welke angst
ze zouden moeten overwinnen
gehoorzaam
zonder dat ze weten
wie ze moeten gehoorzamen
gezichten in het water
trouwe soldaten
wie zegt er
dat we afscheid moeten nemen
wie zegt er
dat hier een grens is gesteld
wie zegt er dat er een wet is
die ons voorschrijft
dat vroeg of laat
de scheiding zich wel moet voltrekken
de stemmen
die ons omringen
ze laten zich niet
tot zwijgen brengen
de stemmen
die ons omringen
ze blijven altijd zacht zingen
en de gezichten in het water
ze blijven ons altijd aankijken
mensen zouden niet moeten weggaan
dat is onze diepste gedachte
daarom nemen we nog geen afscheid
wat door afscheid te nemen
zouden we de grens
voorgoed overschrijden
het gesprek gaat altijd verder
de reis is nooit ten einde.
(Gezichten in het water). (2022).
We ontdekken nog steeds
zoveel over onszelf
we leren nog steeds zoveel
over ons leven
over onze eigen jeugd
en over de mensen
die kwamen en gingen
over de mensen
die zijn verdwenen
en op een bepaalde wijze
toch ook weer zijn gebleven
pas wanneer
de omgeving tot rust is gekomen
en er een ruimte om je heen is gekomen
als een soort van leegte
als een soort van stilte
pas dan
verschijnen ze nog een keer
en door de afstand
die is ontstaan
staan ze niet alleen
verder van ons af
maar door de afstand
komen ze ook weer dichterbij
en dan leren we nog veel
van wat onzichtbaar bleef
toen ze nog onder ons waren
dan leren we ook veel over ons zelf
wat toen niet zichtbaar was
wat toen niet kon bestaan
en die tocht gaat nog steeds verder
een onzichtbare hand
dwingt ons om steeds verder te gaan
want iedere stap in het verleden
is ook een stap
op weg naar de toekomst.
(Familiewandeling). (N.a.v. gelijknamig boek van Marcel Möring). (2022).
Nieuwe reacties
06.05 | 12:16
Wat een prachtig gedicht dat tot de verbeelding spreekt! Dank je wel voo...
23.04 | 07:04
Bedankt voor het sturen. Mooi gedicht..